Wie ben jij onder stress?
Gelijkwaardige gesprekken
In gelijkwaardige gesprekken heb je oog voor de relatie én voor de taak. Dat betekent dat je zonder oordeel over jezelf (wat heb ik dit slecht gedaan) of over je collega (wat heb jij dit slecht gedaan) het gesprek voert.
Tegelijkertijd kun je respectvol confronteren en duidelijke verwachtingen managen. Dat betekent dat je eerlijk zegt wat je ziet, vindt en voelt, ook als dit pijnlijk of kwetsbaar is. In de Bring out your Best-podcast ‘Grow Up’, leer je er meer over! Het ‘mature’ model is bedacht en ontworpen door NONONS, een opleidingsinstituut die no-nonsense coachingopleidingen en leiderschapstrainingen aanbiedt.
Drie veel voorkomende valkuilen
Hieronder lees je over drie veel voorkomende valkuilen waardoor gesprekken ongelijkwaardig zijn. En wat je kunt doen om daaruit te komen en te blijven.
Mama/Papa-rol
Hoge score op de relatie,
Laag op de taak.
Macho-rol
Hoge score op de taak,
Laag op de relatie.
Mol-rol
Laag op de relatie,
Laag op de taak.
Valkuil 1: Mama/Papa-rol
Als je veel oog hebt voor de relatie (empathie), maar weinig voor de taak (respectvolle confrontatie). Dan is de kans groot dat je:
- een collega niet confronteert als iets niet goed gaat (sparen).
- verantwoordelijkheid gaat overnemen als iemand klaagt of iets moeilijk vindt.
- de ander altijd probeert te redden, voordat hij of zij een fout maakt.
Dat noemen we mama/papa-gedrag. Herken je dit, zie je jezelf die wel eens doen?
Voorbeeld van Mama/Papa-rol:
Je vriend of vriendin zoekt een nieuwe baan, maar maakt geen keuzes. Jij gaat allemaal mogelijkheden opnoemen en allerlei banen voorschotelen.
Tijdens een sollicitatiegesprek merk je dat de ander zenuwachtig is. Je gaat direct van alles en nog wat zeggen om het hem of haar naar de zin te maken, biedt een glaasje water aan en vraagt of de temperatuur wel aangenaam genoeg is.
Valkuil 2: Macho-rol
Je scoort erg hoog op eerlijk zeggen wat je ziet, denkt en vindt (de taak), maar laag op empathie (de relatie). De kans is groot dat je de ander:
- Veroordeelt;
- Beschuldigt;
- Afkapt;
- Zich klein laat voelen.
Je zegt dus precies wat je vindt van het gedrag van je collega, zonder rekening te houden met zijn of haar gedachten en gevoelens.
Valkuil 3: Mol-rol
De mol is spreekt zich niet uit, terwijl hij of zij wel ergens last van heeft. Hoe ziet dat eruit?
- Opgeven
- Gedrag laten gaan
- Afschuiven
De mol denkt: laat maar zitten. De mol weet dat het nodig is om bepaalde zaken te bespreken. Bijvoorbeeld hoe de samenwerking verloopt, maar doet het niet. De mol heeft zich teruggetrokken in zijn molshoop en blijft daar lekker zitten. Omdat hij bang is, onzeker of afgehaakt.
De Mature-rol
In deze rol heb je veel oog voor de relatie (empathie) en scoor je hoog op eerlijk zeggen wat je ziet, denkt en vindt (de taak). Er ontstaat een gelijkwaardig gesprek. Je gaat ervan uit dat je evenveel recht hebt om je oké te voelen als je collega. Je zorgt in de manier waarop je communiceert voor jezelf en voor je collega.
Accepterend
Je probeert in elk geval zo weinig mogelijk je oordeel te laten merken. Je toont begrip en empathie.
Eerlijk over het hier-en-nu
Je bent eerlijk over wat je merkt en ervaart in het gesprek met je collega. En durft dit direct of zo snel mogelijk daarna te benoemen. Als het gesprek bijvoorbeeld stroef loopt of je merkt dat je zelf geïrriteerd raakt, dan benoem je dat. Of als je merkt dat je collega afhaakt of zich bijvoorbeeld kleiner maakt, dan spreek je dat eerlijk uit.
Zelfverzekerd
Je straalt zelfverzekerdheid uit. Je bent niet geneigd jezelf kleiner te maken dan je collega. Je cijfert jezelf niet weg en past je niet onnodig aan. Je staat voor wat je zegt en vindt.
Open en kwetsbaar
Je hebt niet de neiging jezelf groter te maken dan je collega. Je staat open voor andere meningen en bent functioneel kwetsbaar. Je laat zien dat je niet almachtig en alwetend bent, dat je ook maar een mens bent, met twijfels en zorgen.
Onderzoekend en nieuwsgierig
Je stelt vragen als weerstand of aarzeling opmerkt. Je onderzoekt wat er achter het gedrag van je collega zit. Je zet je nieuwsgierigheid in om je collega beter te begrijpen en om te onderzoeken hoe je effectiever en prettiger samenwerkt.
Vertrouwend
En vertrouwenwekkend. Je neemt verantwoordelijkheid, je laat zien dat je weet welke kant je op wil en hoe je daar (ongeveer) wilt komen. Zo wek je vertrouwen en laat je zien dat je collega’s van jou op aankunnen. Je geeft elkaar ruimte en vrijheid, zodat iedereen verantwoordelijkheid neemt en groeit.