Je bent de hele dag bezig met anderen te beïnvloeden. Je wil collega’s overtuigen van je idee. Klanten enthousiasmeren over je product. Soms gaat dat van een leien dakje, soms voelt het als trekken aan een dood paard. Kijk, hoe goed je een drol ook oppoetst, het blijft een drol. Dan kun je nog zo goed zijn in beïnvloeden, je raakt dat flutidee aan de straatstenen nog niet kwijt. Maar andersom werkt het net zo goed. Je hebt goud in handen maar brengt dat zo flets dat er niet eens naar je wordt geluisterd.
We behandelen hier twee methoden van beïnvloeden (of overtuigen); push en pull methode. Eén van deze methodes hanteer je al, zonder dat je het door hebt. Welke dat is hangt af van je persoonlijkheid en natuurlijke voorkeur. Omdat de meest effectieve methode afhankelijk is van de situatie, kun je hiermee gaan experimenteren. Het een keer anders doen dan je normaal zou doen.
De Push methode
Push – of duwen – is het actief overtuigen van de ander. Je geeft goed onderbouwde argumenten, laat zien dat je expert bent, haalt eerdere successen aan en geeft een bom aan relevante informatie.
In sommige situaties is dit precies waar de ander op zit te wachten. Denk maar aan die ene keer dat je zelf iets wilde kopen, maar eigenlijk geen idee had welk model, merk, type of soort je nodig had.
Er zijn eindeloos veel momenten waarop je de push methode kunt toepassen. Hieronder een lijstje wanneer dat effectief is.
Gebruik de push methode als:
- Jij duidelijk meer kennis hebt dan de ander;
- Je hebt gecheckt of de ander ook echt informatie van jou wil en vertrouwt dat jij weet waar je het over hebt;
- Er snel een keuze moet worden gemaakt.
De Pull methode
Je kunt het ook over een compleet andere boeg gooien. In plaats van de ander te overspoelen met kennis en informatie, ga je LSD toepassen: Luisteren, Samenvatten, Doorvragen. Doe je dat goed, dan hoor je vanzelf waar de ander behoefte aan heeft. Laat jouw idee, product, argument of mening daar naadloos op aansluiten en er ligt een panklare win-win.
Gebruik de pull-methode als:
- De ander duidelijk weet wat hij of zij wil;
- Je flexibel bent en snel kunt aanpassen;
- Je de relatie met de ander voorop stelt.
De jongen in het filmpje gebruikt duidelijk een van de twee methodes? Welke was dat? En de vader? Laat je reactie hieronder achter.
